Frederiksborger

De basis van de Deense Frederiksborger werd al in 1562 gelegd, toen koning Frederik 2 dankzij kruisingen met Spaanse paarden een stamboek liet verschijnen. Later kwamen er Italiaanse, Engelse en Arabische invloeden bij. Dit elegante, mooie paard werd als lespaard en voor de veredeling van de zware Jutlander ingezet. In 1939 zorgden kruisingen met Friezen, Oldenburgers, Volbloeden en Trakehners voor nieuwe warmbloedkwaliteiten

De Frederiksborger is een goed menpaard voor lichte rijtuigen, maar blijkt ook als rijpaard geschikt. Verder dient hij voor de veredeling van de Deense warmbloed

De Frederiksborger heeft krachtige schouders, een brede borst en prima ledematen met welgevormde gewrichten. Het hoofd is ietwat vlak, maar wordt hoog gedragen. De hals is gespierd en voldoende lang. De nogal vlakke schoft gaat over in een lange rug, de achterhand is recht, de staart hoog ingeplant. De ledematen zijn nogal recht, de hoeven welgevormd en hard. Al deze paarden zijn voskleurig

Vanwege de hoge drafactie is de Frederiksborger zeer geschikt voor de mensport. Hoewel het paard niet erg snel is, maken de vrije, energieke gang en het uitstekende natuurlijke evenwicht veel goed

Stokmaat: ongeveer 1,63 meter