Nederlandse Koudbloed

Dit relatief jonge ras ontstond door de kruising van het inheemse Nederlandse paard met de Brabander en later de Ardenner. Hun ontstaan werd door oprichting in 1914 van de Koninklijke Nederlandse Koudbloedfokvereniging op weg geholpen. Het eerste stamboek was er in 1924. De beste paarden worden aan een prestatieproef onderworpen, die betrekking heeft op het uiterlijk, de gangen, de vruchtbaarheid en de gangen.

Nederlandse Koudbloeden staan vaak in een traditioneel gespan op shows en landbouwtentoonstellingen. Bovendien trokken deze paarden reclamewagens en de karren van de brouwerijen. Ook werden ze voor de slacht gefokt.

De Nederlandse Koudbloed is groot en sterk. Het hoofd heeft een recht profiel en een alerte uitstraling. De hals is kort en dik, de borst diep en breed. Ledematen en achterhand zijn flink gespierd. De benen zijn kort en krachtig, met een weelderige kootbeharing. De hoofdkleuren zijn vos, bruin, vaalgeel, zwart en schimmel.

Nederlandse Koudbloeden zijn zachtaardig, werkwillige paarden en lijken daarin op hun verwanten, de Ardenners. Ze zijn zeer prestatiebereid en trekken de zwaarste lasten. Het zijn geharde paarden, makkelijk wat betreft voeding en daardoor zeer economisch. Ondanks zijn grootte beweegt het dier zich lichtvoetig en vrij. Dit paard leeft lang en wordt vaak ouder dan 30 jaar.

Stokmaat: ongeveer 1,70 meter

Maak jouw eigen website met JouwWeb