Wie beweegt wie?

Mensen communiceren zowel met woorden als met lichaamstaal, paarden 'praten' vooral met hun lichaam. Waar moet je op letten in de omgang met paarden? Welke signalen geef je af? En hoe geef je aan dat jij de leider bent?

 

Paarden leven in kuddes. De belangrijkste reden hiervoor is veiligheid: samen zien we meer dan alleen. Als het ene paard gaat slapen, staat de ander op de uitkijk. Zo kan de kudde in geval van gevaar, gewaarschuwd worden en vluchten. De organisatie binnen de kudde is daarbij strak geregeld; er is een duidelijk hiërarchie. Een paard heeft het dus nodig om te weten wie er boven wie staat, hij ontleent er zijn gevoel van veiligheid aan. Maar hoe weet een paard wie er leiding geeft en wie niet?

 

Om te communiceren en te tonen wie de baas is, gebruikt een paard lichaamstaal. Met zijn eigen ogen, oren, mond, spierspanning en houding maakt hij duidelijk hoe hij zich voelt en wat zijn bedoeling is. Wanneer het een paard lukt om een ander in de kudde van zijn plek te zetten, heeft hij een dominante positie bij dat andere paard. Daarom proberen paarden elkaar te bewegen door middel van hun lichaamstaal. Binnen de kudde wordt weinig gevochten. Natuurlijk komt een dreigende klap weleens verkeerd aan, maar het niet handig om een 'collega', die uiteindelijk ook bijdraagt aan jouw veiligheid in de kudde, te verwonden. Hengsten vechten wel echt met elkaar in serieuze confrontaties die vaak frontaal worden uitgevoerd. Doel is the survival of the fittest. En de hoofdprijs? Een of meerdere merries om te dekken. Ook in zijn relatie met de mens, wil het paard weten wie de leiding heeft. Hierbij is het eveneens belangrijk dat het duidelijk is 'wie wie beweegt'. Als jouw paard altijd zijn eigen zin wil doen en jij problemen ervaart met leiderschap, let er dan op welke signalen je onbewust geeft.

 

Soms lijkt het wel of je paard gedachten kan lezen. Dat als je alleen al aan galop denkt, je paard al aanspringt. In zekere zin klopt dat: de communicatie met paarden verloopt veel fijngevoeliger dan wij denken. Alleen lezen paarden geen gedachten, maar reageren ze op de fysieke reactie van jouw lichaam. Want wanneer jij denkt aan galop, dan 'doet' jou lichaam galop. Testen hebben uitgewezen dat als jij denkt aan het optillen van je linkerarm er een signaaltje naar de hersenen gaat om de beweging in te zetten. Wanneer je onder invloed van je wil je arm niet optilt, is het signaaltje wel aangekomen bij je spieren en veroorzaakt het toch een kleine reactie. Terwijl je daar zelf helemaal niets van merkt! Paarden daarentegen kunnen zo gevoelig zijn dat ze hier direct op reageren. Voor topruiters is het daarom zaak dat ze hun lichaam goed beheersen. Wie zijn paard beter wil begrijpen, moet zich bewust zijn van zijn eigen lichaam. Vaak geven ruiters onbedoelde signalen en als het paard dan reageert, wordt hij gecorrigeerd omdat wij vinden dat hij het niet goed doet. Het resultaat is verwarring en miscommunicatie. Spierspanning en ademhaling spelen zowel op grond als rijdend een belangrijke rol in de communicatie met je paard. Je kunt je voorstellen dat wanneer je spanning opbouwt tijdens rijden, je een duidelijk hogere spierspanning krijgt: je gaat bijvoorbeeld knijpen met je benen. Uiteraard zal het paard hierop reageren. Wie zich echter bewust is van de spierspanning in zijn lichaam, kan dit veranderen en zal merken dat de relatie met het paard verbetert.