Wellnes voor de wei

Een bereik van vierhonderd vierkante meter is voldoende om gedurende twee weken twee paarden vijf uur lang in de weide te laten. In onze regio's duurt het weideseizoen van begin mei tot eind oktober. Gedurende de koude jaargetijden groeit het gras niet meer vanwege gebrek aan zonlicht en door te lage temperaturen. Bij vochtig weer beschadigen de paarden het weiland behoorlijk.

Weilanden waarin voornamelijk kruiden staan, zijn minder geschikt voor paarden. Deze weides bieden weliswaar veel eiwitten en mineralen, het paard krijgt onvoldoende energie en ruwe vezels binnen. Weilanden zonder kruiden, die dus uitsluitend uit raaigras bestaan, zijn eveneens ongeschikt, omdat ze teveel suiker en daarmee te energierijke grassen bieden. Let op als er veel klaver in de wei staat. Klaver bevat weliswaar weinig ruwe vezels, maar des te meer eiwitten. Om te voorkomen dat de wei bedekt is met verkruid en onverzorgd groen, moeten enkele voorzorgsmaatregelen worden getroffen. Als eerst is bodemonderhoud aan het begin van het jaar noodzakelijk om de door hoeven veroorzaakte schade te verhelpen en de molshopen te verwijderen.

Het zogenaamde weideslepen zorgt voor de beluchting van de wei. Afgestorven en vervilt gras wordt uitgekamd. Een tractor en een verticuteermachine zijn hiervoor geschikte hulpmiddelen. Het verwijderen van de mest is een van de belangrijkste voorzorgsmaatregelen, omdat dit het ontstaan van paardentoiletten en overmatige aantasting van parasieten voorkomt. Na de wissel naar een andere wei, kan de wei nog eens worden gemaaid. Er moet een snijhoogte van zes tot acht centimeter worden aangehouden. Het gemaaide gras moet worden verwijderd. Als in de herfst nog eens wordt gemaaid, bevordert dat de wintervastheid van de grasnerf. Om ongewenste planten van de wei te verwijderen, moeten deze met wortel en al worden uitgestoken.

Bij weidemanagement hoort bemesten. Want wat de grond aan voedingsstoffen verliest, moet hij ook weer terugkrijgen. Alvorens zomaar te gaan bemesten, is het zinvol om te weten wat de grond nodig heeft. Een bodemanalyse geeft antwoord op deze vraag. Bij het inzaaien wordt onderscheid gemaakt tussen preventief inzaaien en nazaaien om tekorten aan te vullen.