Huzul

Dit primitieve paard, ook bekend onder de naam Karpatenpony, stamt vermoedelijk af van de Tarpan en de Przewalski. Het ras komt oorspronkelijk uit het oosten van de Karpaten. De naam is ontleend aan een regio in de bergen van Oekraïne. Hoewel een zekere Arabische invloed merkbaar is, doet de Huzul wat betreft voorkomen vooral denken aan de Tarpan en hij wordt om die reden in de Karpaten ook 'bos-Tarpan' genoemd. Hij is nauw verwant aan de Poolse Koniks en de Bosniër.

De Huzul is een werkpony, die als lastdier zowel in de bos- als landbouw wordt ingezet. In de onbegaanbare bergen vormen deze pony's vaak het enige transportmiddel. Er wordt echter ook op gereden en ze worden voor rijtuigen gespannen. Tegenwoordig fokt men ze in door de staat gecontroleerde stoeterijen. In de belangrijkste stoeterij Siary wordt veel waarde gehecht aan een veelzijdige pony voor de landbouwsector.

Net als de Konik, zijn buur in dezelfde biotoop, is de Huzul stevig gebouwd, met een lang, breed hoofd dat doet denken aan de Tarpan. Dit ras heeft compacte, voldoende diepe romp en een brede borst. De achterhand is daarentegen vaak week en slecht ontwikkeld; meestal slechte botten en sikkelbenig, wat overigens voor veel bergrassen karakteristiek is. De meeste paarden zijn geel tot vaalgeel van kleur, er zijn er echter ook met grijs- en bruintinten. Ook komen er bruine, voskleurige en bonte pony's voor.

De Huzul is gehard, sterk, willig, zachtaardig, gevoelig en tredzeker.

Stokmaat: 1,32 - 1,37 meter