GHROKA

Het signalement wordt in een aantal onderdelen verdeeld aan de hand van het woord:

GHROKA

Het woord GHROKA(o) heeft op zich geen betekenis, maar dient als hulpmiddel voor het opstellen van een signalement

De letters van het woord staan voor de volgende beschrijving:

G            = geslacht

H             = hoogte

R             = ras

O            = ouderdom

K             = kleur

A             = aftekening

(o)          = overig

De volgorde waarin we de aftekening noteren is:

-          Hoofd

-          Linker voorbeen

-          Rechter voorbeen

-          Linker achterbeen

-          Rechter achterbeen

-          Overige

Het is verstandig om ook andere opvallende kenmerken te noteren om zo het signalement compleet te krijgen. Het gaat hierbij om kenmerken zoals:

-          Brandmerk

-          Chipnummer

-          Oude wonden

-          Kruintjes

-          Maanogen

-          Tatoeagenummer

-          Vlekken onder buik etc.

Klophengst: bij deze hengst is de indaling van één van de zaadballen niet gelukt. De zaadbal is achter gebleven in de buikholte of het lieskanaal. Een in het lichaam achtergebleven zaadbal kan door de te hoge temperaturen daar, niet of nauwelijks goede zaadcellen produceren. Doordat de hormoonproductie minder afhankelijk is van de temperatuur, zal het dier wel de uiterlijke kenmerken en gedragingen van een hengst vertonen. Een enkelzijdige klophengst is vruchtbaar omdat 1 testikel normaal functioneert

Om de schofthoogte zo nauwkeurig mogelijk te meten zijn er een aantal aandachtspunten waarop gelet moet worden:

-          De schofthoogte wordt gemeten vanaf het hoogste punt van de schoft loodrecht naar beneden

-          Meestal doet men dit met een stokmaat. In deze stok zit een uitschuifbaar gedeelte waarop de centimeters staan en er zit een uitklapbaar dwars gedeelte aan met een waterpas voor op de schoft

-          Voor het meten moet het paard op een vlakke, verharde ondergrond staan

-          De benen recht onder zijn lichaam en vierkant hebben staan. Staat het dier op ijzers of staat het erg gespannen dan haalt men wat van de gemeten hoogte af

-          Paard staat in een ontspannen houding met het hoofd in normale positie

Een pony is tot de schofthoogte 1.57 meter. Op internationale wedstrijden mogen alleen pony’s verschijnen t/m 1.48. vanaf schofthoogte 1.57 meter, spreken we over een paard

Bij de ponywedstrijden, kennen we nog een verdeling van de pony’s in verschillende categorieën:

-          Categorie A gaat tot 1.17 meter

-          Categorie B gaat vanaf 1.17 m tot 1.27 m

-          Categorie C gaat vanaf 1.27 m tot 1.37 m

-          Categorie D gaat vanaf 1.37 m t/m 1.48 m

-          Categorie E gaat vanaf 1.48 tot 1.57 m

Een paardenras is een groep paarden die wat betreft hun belangrijkste eigenschappen in overeenstemming zijn

De kleur van de vacht (dekharen), in combinatie met de kleur van de manen en staart, bepaalt de kleur van het paard

Onder de meest voorkomende effen kleuren verstaan we:

-          Zwart

-          Bruin

-          Vos

-          Valk

-          Schimmel (grijs)

Minder bekende kleuren zijn:

-          Perlino

-          Smoky

-          Zilversmoky

-          Isabel

-          Cremello

-          Zilverappel

-          Roan

-          Sabino

-          Wildkleur

Oneffen kleuren zijn onder andere:

-          Panterbont

-          Platenbont

-          Witkopbont

-          Sabinobont

Bij ‘zwart’ zijn lichaam en behang en staart en manen (à beschuttende haren) zwart gekleurd. Bij twijfel tussen zwart en donkerbruin, moet men vooral rond de mond en in de flank kijken

Bij ‘bruin’ is het lichaam bruin en de beschuttende zwart. Meestal zijn ook de onderbenen zwart. Er zijn verschillende soorten bruin:

-          Zwartbruin

-          Donkerbruin

-          Lichtbruin

Bij ‘vos’ is het lichaam, dus dekharen bruin en staart en manen hebben dezelfde kleur, lichter of een donkerder kleur dan de dekharen. Met andere woorden een bruin paard met geen zwarte manen en staart is een vos. ‘Stekelharig’ komt vooral voor bij de basiskleuren. Men ziet dan tussen de gekleurde haren hier en daar witte haren, speciaal in de flanken en aan de staartwortel. Hoe ouder het paard wordt, des te meer witte haren. Maar de gekleurde haren blijven in de meerderheid

Ook kunnen de basiskleuren in verdunde vorm voorkomen: er zijn vier verdunningsfactoren bekend. (Dun, Creme, Silver, Champagne)

-          Smoky

Zwart en verdunning. Deze kleur lijkt erg op de koffievos, maar is afgeleid van zwart

-          Valk

Bruin en verdunning, op het lichaam zijn de dekharen geel van kleur, staart en manen zijn zwart met af en toe wat lichtere haren

-          Isabel

Vos en verdunning. Dit wordt ‘palomino’ genoemd als de staart en manen licht van kleur zijn. Ook de meeste fjorden worden foutief Isabel genoemd in hun signalement op het afstammingsbewijs. Beter zouden zij ‘wildkleur bruin’ genoemd kunnen worden

De roan factor:

Dit is de Engelse naam voor een onveranderlijke schimmel. Deze is alleen ’s zomers iets lichter gekleurd, maar blijft verder het hele leven dezelfde kleur

‘Perlino en ‘Cremello’ hebben een roze huid en blauwe ogen

Tijdelijke identificatiesystemen:

-          Hoefbrandmerk

-          Staart knippen

-          Manenlabel

-          Hals-/halsternummer

Permanente identificatiesystemen:

-          Brandmerk

-          Chip inplant

-          DNA onderzoek

-          Bloedgroepen

-          Etc.