Met huid en haar

Het eerste dat je ziet van een paard, is zijn buitenkant. En vaak kun je dan al gelijk zien of een paard 'lekker in zijn vel' zit. Een prachtig glanzende vacht met appeltjes erop, het tekent ons paard. Maar huid en haar zijn niet alleen maar een mooie verpakking van de botten, spieren en organen. De huid zelf is ook een orgaan en nog wel het grootste orgaan van ons paard.

 

De huid is geen statisch orgaan, maar wordt steeds opnieuw gevormd. Aan de onderzijde van de huidlaag, in de opperhuid, groeien de cellen. Aan het oppervlak van de huid gaan deze cellen dood. Doordat de cellen veel keratine bevatten, vormen ze een stevige en beschermende hoornlaag. In de huid bevinden zich ook gespecialiseerde cellen die haren laten groeien. Dat gebeurt in de haarwortelzakjes, dat zijn eigenlijk ingestulpte stukjes huid. In de haren zit ook veel keratine. De haren van de manen groeien ongeveer een centimeter per maand. De lengte van de lichaamsvacht is afhankelijk van de temperatuur en ook het paardenras heeft zijn invloed. In het voorjaar verharen paarden en wordt de lange wintervacht vervangen door nieuw haar. en in het najaar worden de haren langer en dikker om de wintervacht te vormen. Een paard verhaart dus maar een keer per jaar. Een ondervacht zoals bij honden kennen we bij paarden niet, alle haren zijn ongeveer even lang.

 

Aan de haarwortelzakjes zijn kleine spiertjes vastgemaakt. Deze kunnen, als ze samentrekken, de haren iets meer rechtop zetten. Hierdoor is het paard beter beschermd tegen kou. Elk haar zit in zijn eigen haarwortelzakje. En elk haarwortelzakje heeft zijn eigen talgkliertjes. De talgklieren produceren een vette stof die de haren beschermt en waterafstotend maakt. Hierdoor dringt het regenwater niet door in de vacht en loopt het beter over de haren naar beneden. Ook bevat de talf onverzadigde vetzuren die een remmend effect hebben op bacteriën. De talg speelt dus een belangrijke rol bij de bescherming van de huid. Ook wordt de isolerende werking van de vacht er verder door vergroot. Om je paard te wassen kun je hem het best afspoelen met water. Wassen met daarvoor geschikte zeep kan ook, maar niet al te vaak omdat je anders de talglaag kunt aantasten. Dieper in de huid liggen de zweetklieren. Dit zijn lange gekronkelde buisjes waarin het zweet wordt geproduceerd. Ook hoeven worden door de huid gemaakt. Alleen is daar de hoornlaag natuurlijk nog veel sterker en dikker. De hoeven groeien ongeveer 8 millimeter per maand.

 

De huid beschermt het lichaam tegen schadelijke inwerkingen van buitenaf, zoals kou, vocht en chemische stoffen, maar ook tegen het binnendringen van bacteriën, virussen en parasieten. Tegelijk wordt er voor gezorgd dat bepaalde stoffen juist binnen het lichaam blijven. Uitdrogen wordt voorkomen doordat de huid vrijwel ondoordringbaar is voor water. Bepaalde organische vetten worden voor een deel wel doorgelaten. Daardoor kunnen stoffen die zijn opgelost in sommige zalven en huidverzorgingsproducten door de huid heendringen. De huid vormt vitamine D en helpt, via de zweetklieren, om afvalstoffen af te voeren

 

In de huid bevinden zich veel zintuigen. Er zitten cellen in die warmte of kou kunnen registeren. Ook zijn er speciale zintuigcellen die druk kunnen waarnemen. De huid is heel gevoelig en zelfs de landing van een vlieg voelt het paard. Daardoor is de huid eigenlijk een groot tastorgaan. Op sommige plaatsen zijn de tastzintuigen zelfs in nog grotere aantallen aanwezig. Bijvoorbeeld op de gevoelige neus en op de lippen van het paard. Maar ook in de voeten van het paard zit veel gevoel. Rondom sommige lange haren zijn extra zintuigcellen aanwezig waardoor deze haren fungeren als tastorganen. We vinden deze haren vooral op de loppen en de zijkant van de neus. Onder de huid van het paard zitten veel sterke huidspieren die de huid goed beweeglijk maken. Dit is goed te zien in de zomer als het paard last heeft van vliegen en die probeert te verjagen door trillende bewegingen van de huid. Dat doen wij toch een stuk onhandiger als we met onze handen of een vliegenmepper proberen een mug van onze rug te krijgen.

 

Voeding speelt een belangrijke rol om de huid in goede conditie te houden. Voeding rijk aan vitamine A, biotine, magnesium en zink zorgt voor een ondersteuning van de huid en oliehoudende zaden en voeding met onverzadigde vetzuren ondersteunen de werking van de talgklieren. Ook worden de talgklieren gestimuleerd door zachte massage en borstelen, dus ook dat helpt bij het in stand houden van een goede beschermlaag van de huid. Alleen in de winter is te veel borstelen af te raden omdat het eventueel de vetlaag van de haren wat verwijderd waardoor de kou vat op ons paard kan krijgen

Maak jouw eigen website met JouwWeb